Allerheiligen
Eenzame nachten
KORT VERHAAL
Algoet Francis
9/29/20243 min lezen
Met Allerheiligen dacht hij aan de overledenen, familie, vrienden, maar echt emotioneel werd hij daar niet meer van. Het kon hem gewoon geen barst meer schelen. Hij vroeg zichzelf af wie het zich zou aantrekken wanneer hij er niet meer zou zijn. Dat was geen bemoedigende gedachte, maar ja, moest hij zichzelf dan gaan voorliegen? Hij had geen familie of vrienden waarvan hij wist dat ze het erg zouden vinden moest hij er niet meer zijn. Ze vonden het nu ook niet erg als hij er niet was, laat staan dat ze het erg zouden vinden wanneer hij dood zou zijn.
'Neen, ik mag daar niet aan denken' dacht hij 'of ik word moedeloos. Dan maar beter even verstand op nul en gewoon verder doen met wat ik bezig ben'.
Hij vond het een griezelige gedachte te moeten vaststellen dat het hem zelfs niets meer kon schelen. Het was alsof hij gedurig in hypnose was en niet eens voelde dat hij als het ware zonder armen en benen leefde, emotioneel en sociaal dan. Het was wellicht een pure gewoonte geworden, zodanig dat hij er nog nauwelijks bij stil stond. Wat hem het meeste stoorde was de apathie, de desinteresse in zijn persoon vanwege net die mensen die in feite een belangrijke rol zouden moeten spelen in zijn leven. Gewoon te moeten vaststellen dat ze zich nog nauwelijks druk maakten om wat hij deed, of om wat hij was. Hij had er zich voor afgesloten, en het had hem compleet gevoelloos gemaakt. Het had ook geen zin om zich daar druk over te maken, want er luisterde toch niemand. Het was alsof ze zaten te wachten tot hij uit de bocht zou gaan. Dan hadden ze tenminste weer iets om over te praten. Zolang hij de grijze muis uithing, zich netjes gedroeg, niet ging gillen (en zelfs dan nog), was er niemand die op het idee kwam dat hij misschien ook wel eens wat liefde nodig had, dat hij ook graag onder de mensen was. Dat hij ook graag eens wat aandacht wilde. Hij voelde zich als een dier dat verdoofd werd gehouden, in een luchtbel. Bewust, maar toch ook onbewust. Hij zag zijn problemen, maar kon er niks aan doen. Alsof hij droomde, en hoopte wakker te zullen worden. Maar hij werd nooit wakker. Als hij wakker dreigde te worden, verhoogde men de dosis illusies zodat hij direct terug indommelde.
'Als je dood bent kun je ook niets meer doen! Je mag dat niet onderschatten' vond hij, en dat deed hij niet. Zo simpel is het leven dacht hij. Ondanks alles kon hij verder en die arme doden niet, en dat was een troostende gedachte.
Hij staarde naar het pokerscherm voor hem, terwijl zijn gedachten afdwaalden naar de vergankelijkheid van het bestaan. Alles in dit leven was tijdelijk, bedacht hij, zoals de kaarten die steeds opnieuw werden gedeeld. "Tot stof zult gij wederkeren", fluisterde hij zachtjes, een herinnering aan de eindigheid van het menselijk bestaan. Maar toch vond hij troost in de wetenschap dat zelfs in de donkerste nacht, er altijd weer een nieuwe dag zou aanbreken! Vraag hem niet waarom. We zouden nooit weten waarom we hier rondhangen, hij niet, en zij zeker niet. Morgen is het Allerheiligen en hij was één van hen, dacht hij dan, punt. Maar dat hij geen vrouw zou hebben deze nacht en nooit niet, ook niet wanneer hij haar het meeste nodig zou hebben, dat was iets wat hij nooit voor mogelijk had gehouden, zelfs niet kon indenken dat zoiets kon bestaan. Dat was hem te veel. Hij sloot zijn pokerscherm af en dacht dat het leven net zoiets was als poker. Soms kon je wel wat winnen, en soms verloor je, maar uiteindelijk waren de kansen rationeel en mathematisch nihil. Je kon wel winnen in het leven, dacht hij, maar uiteindelijk maakte je geen kans tegen de dood, en je kon ook niets meenemen. Uit stof ben je gekomen, tot stof zul je weerkeren. Het biertje, dat hij wilde drinken, bleef in de koelkast steken. Het zou hem toch niet meer smaken. Hij wist dat hij enkel nog nijdig zou worden als hij toch zou gaan drinken. Het was hem al te veel overkomen. Dus besloot hij om te gaan slapen. Morgen zou hij fris en helder wakker worden, zonder vragen en zonder rancune. Dat was ook een overwinning, en daarvoor had hij geen poker, geen alcohol en geen vrouw nodig. Het was goedkoop en gezond en puur natuur en de zon zou gaan schijnen, de mensen zouden hem netjes begroeten op straat, en glimlachen, in hun zondagse kleren, met hun bloempotten onder de arm, op de allermooiste dag van het jaar, Allerheiligen
Support
Explore my photos and support my passion.
Contact
Blog
© 2024. All rights reserved.